Jezus aannemen

Uit Christipedia
Jezus aannemen is Hem als de Zoon van God en jouw heiland erkennen.
Joh 1:11 Hij kwam tot het zijne, en de zijnen hebben Hem niet aangenomen. Joh 1:12 Maar allen die Hem hebben aangenomen, hun gaf Hij het recht kinderen van God te worden, hun die in zijn naam geloven; (Telos)
Joh 3:33 Wie zijn getuigenis heeft aangenomen, heeft bezegeld dat God waarachtig is. (Telos)
Joh 17:8 Want de woorden die U Mij hebt gegeven, heb Ik hun gegeven en zij hebben ze aangenomen en waarlijk erkend dat Ik van U ben uitgegaan, en zij hebben geloofd dat U Mij hebt gezonden. (Telos)
Jezus is een gave van God. Jezus aannemen is het ontvangen van Gods gave. God stelt je in staat die gave aan te nemen. God geeft en stelt in staat. Dat is Gods kant. Het aannemen moet ik doen, dat is mijn aandeel, mijn verantwoordelijkheid. Ik hoeft niet op God te wachten tot Hij met zijn gave komt of mij in staat stelt. Hij biedt zijn gave al aan, niet morgen, maar heden, vandaag. Hij stelt mij in staat zodra ik wil. Mijn aandeel, het aannemen, hoef ik niet uit te stellen in afwachting van God.
Heb 3:15 ... ‘Heden, als u zijn stem hoort, verhardt uw harten...' (Telos).
De Schrift roept ons menigmaal op tot bekering, 'Bekeer je!'. Zich bekeren is gehoorzamen; machteloos afwachten is niet gehoorzamen, want de Heilige Schrift zegt nergens dat we moeten wachten met ons te bekeren. Tot geloof komen is een daad van gehoorzaamheid. Ben je ongehoorzaam en neem je Jezus niet aan, dan ga je verloren. Het is je eigen schuld als verloren gaat; je kunt het God nooit verwijten.

Jezus aannemen is geen prestatie. Iemand die in verdrinkingsnood een reddingsboei aanneemt, levert geen prestatie. Wat Jezus doet - reddingsboei zijn, zich voor ons overgeven aan het kruis - dát is een prestatie.

Bron

Jeffrey Schipper, "Houd je niet bezig met de uitverkiezing", CIP.nl, 2 maart 2016.