Justus

Uit Christipedia

Justus (= "Rechtvaardig") is in het Nieuwe Testament een naam of bijnaam van verschillende mannen.

De Griekse naam in het Nieuwe Testament is Ιουστος, Ioustos (klemtoon op eerste lettergreep). De naam is van Latijnse oorsprong en betekent "rechtvaardig". De naam komt 3x voor. Het Strongnummer is 2459. De naam verwijst naar:

1. bijnaam van Jozef Barsabas (Hand. 1:23);

2. een persoon wiens eigenlijke naam Jezus was, een christenjood. Paulus noemt hem zijn medearbeider (Col. 4:11);
Col 4:10  U groet Aristarchus, mijn medegevangene, en Markus, de neef van Barnabas, over wie u bevelen ontvangen hebt (als hij bij u komt, ontvangt hem), Col 4:11  en Jezus, genaamd Justus, die uit de besnijdenis zijn. Alleen dezen zijn medearbeiders geweest voor het koninkrijk van God, die mij tot troost geweest zijn. (Telos)
3. een Griekse man te Korinthe, waarschijnlijk een proseliet, in wiens huis Paulus predikte. Mogelijk heette hij Titius en was Justus zijn bijnaam.
Hnd 18:7 En hij ging vandaar weg en kwam in het huis van iemand genaamd <Titius> Justus, die God vereerde, wiens huis naast de synagoge stond. (TELOS)

Bronnen

P.J. Gouda Quint, Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling. Haarlem: De erven F. Bohn, 1866. Tekst van het lemma 'Justus' is op 5 mei 2018 verwerkt.

Grieks-Nederlands Lexicon, onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia.