Kind

Uit Christipedia

Een kind is, volgens het woordenboek van Van Dale:

  1. een mens in onvolwassen staat;
  2. een afstammeling

Het meervoud van de verkleinvorm is kindjeskindertjeskinderkens of kindekensKindjes is het meervoud van 'kindje', de verkleinvorm van 'kind'. Kindertjes berust op het ouder meervoud 'kinder'. Het enkelvoud 'kindertje' komt niet voor.

In het Grieks van het Nieuwe Testament worden verschillende woorden voor 'kind' gebruikt: 

  • pais, παις (strongnummer G3816) verwijst naar een kind van iedere leeftijd
  • pai'dion, παιδιον pai’dion (strongnummer G3813), een verkleinwoord van 'pais', verwijst uitsluitend naar kleine kinderen. 
  • pai'darion, παιδαγωγος (strongnummer G3808), verwijst naar een kind tot aan het eerste schooljaar
  • pai'diske, παιδισκη (strongnummer G3814), een vrouwelijk woord, een verkleinwoord van 'pais', verwijst naar het eind van de kinderjaren en het begin van de jeugd
  • 'teknon, τεκνον (strongnummer G5043) verwijst naar een kind als nakomeling, als afkomstig van ouders
  • tek'nion, τεκνιον (strongnummer G5040), een verkleinwoord van 'teknon', verwijst naar een klein kind. 
  • hui'os, υιος (strongnummer G5207) verwijst naar een zoon, maar soms in ruime zin van kinderen als nakomelingen, bijv. 'kinderen van Israël'. 

'Kinderen van Israël'. De kinderen van Israël (of kinderen Israëls) zijn alle afstammelingen van aartsvader Jacob, die ook Israël genoemd wordt.

Ontwikkeling in de moederschoot

De ontwikkeling van een kind in de moederschoot is wonderbaarlijk, een Goddelijk kunstwerk. De volgende video van Pro Vita toont er iets van:


Het Wonder van het leven. Video van Pro Vita (België). Bron: Youtube.com, upload 1 april 2009.

Geschenk

Gave. Kinderen zijn een gave van God. Onze oermoeder Eva beleed dat al:

Ge 4:1 En Adam bekende Heva, zijn huisvrouw, en zij werd zwanger, en baarde, Kaïn, en zeide: Ik heb een man van den HEERE verkregen! (SV)

Merk op dat ze haar zoon voor haar besef van God ontvangt, niet van Adam, die haar 'bekend' had. God had de zangmeester Heman 14 zonen en 3 dochters gegeven.

1Kr 25:4 Wat betreft Heman: de zonen van Heman waren Bukkia, Mattanja, Uzziël, Sebuël, Jerimoth, Hananja, Hanani, Eliatha, Giddalti, Romamti-Ezer, Josbekasa, Mallothi, Hothir en Mahazioth. 1Kr 25:5 Deze allen waren zonen van Heman, de ziener van de koning, met woorden van God om de hoorn op te heffen. God had Heman veertien zonen gegeven en drie dochters. (HSV)

Kort voor zijn dood zei koning David:

1Kr 28:5 En uit al mijn zonen (want de HEERE heeft mij veel zonen gegeven) heeft Hij mijn zoon Salomo uitgekozen om te zitten op de troon van het koningschap van de HEERE over Israël. (HSV)

Geschenk. Kinderen zijn een goede gaveeen geschenk van God aan de ouders. Jakob beschouwde zijn kinderen als een geschenk dat God hem in Zijn genade geschonken had.

Ge 33:4 Maar Ezau snelde hem tegemoet, omarmde hem, viel hem om de hals en kuste hem; en zij huilden. Ge 33:5 Toen sloeg hij zijn ogen op en zag de vrouwen en de kinderen. Hij vroeg: Wie heb je daar bij je? Jakob zei: Dat zijn de kinderen die God uw dienaar in Zijn genade geschonken heeft. (HSV)

Een of meer kinderen zijn een zegen, zoals in de Bijbel onder meer blijkt uit de vaderlijke zegen die Jacob zijn zoon Jozef schonk. Hij zei van Jozef:

Ge 49:25 ... den Almachtige, Die u zal zegenen, met zegeningen des hemels van boven, met zegeningen des afgronds, die daaronder ligt, met zegeningen der borsten en der baarmoeder! (SV)

"De ouders moeten in navolging van de aartsvader Jakob, hun kinderen aanzien als Gods genadige gaven." (Matthew Henry)[1]. Erfdeel.

Ps 127:3  Ziet, de kinderen zijn een erfdeel des HEEREN; des buiks vrucht is een beloning. (SV)

Afhankelijk

Een kind is afhankelijk van zijn ouders. Ouders moeten tijd, geld en inspanning steken in de zorg, begeleiding en opvoeding van hun kinderen. Elk nieuw kind kost de Nederlandse moeder gemiddeld vier uur extra aan huishoudelijk werk[2].

Kindergeloof

Kinderen nemen onafhankelijk van hun opvoeding aan dat alles in de wereld gemaakt is met een doel[3]. Daarom zijn zij geneigd om in een redelijk Opperwezen te geloven. Aan zes- en zevenjarigen werd gevraagd waarom de eerste vogel er was. Ze antwoordden: "om mooie muziek te maken" en "om de wereld er leuker uit te laten zien". Een proef met 12 maanden oude kinderen toonde aan dat zij verrast werden door filmbeelden waarin een rollende bal een keurige stapel  maakt uit een wanordelijke hoop blokken.

Onderzoek wijst erop dat kinderen eerder geloven in schepping dan in toevallig ontstaan. Antropologen hebben in sommige culturen bevonden dat kinderen in God geloven ook als ze geen religieuze opvoeding krijgen. De natuurlijke ontwikkeling van de menselijke geest neigt tot geloof aan een Schepper en aan ontwerp in de natuur. 

Ro 1:18 Want toorn van God wordt van de hemel geopenbaard over alle goddeloosheid en ongerechtigheid van mensen die de waarheid in ongerechtigheid bezitten; Ro 1:19 omdat wat van God gekend kan worden, onder hen openbaar is, want God heeft het hun geopenbaard Ro 1:20 -want van de schepping van de wereld af worden wat van Hem niet gezien kan worden, zijn eeuwige kracht en Goddelijkheid, uit zijn werken met inzicht doorzien-,opdat zij niet te verontschuldigen zijn, Ro 1:21 omdat zij, hoewel zij God kennen, Hem als God niet verheerlijkt of gedankt hebben, maar in hun overleggingen zijn zij tot dwaasheid vervallen en hun onverstandig hart is verduisterd geworden. Ro 1:22 Bewerend wijzen te zijn, zijn zij dwaas geworden Ro 1:23 en hebben de heerlijkheid van de onvergankelijke God vervangen door iets dat lijkt op het beeld van een vergankelijk mens, van vogels, van viervoetige en van kruipende dieren. (TELOS)

"... als in de kerk kinderen kinderlijke, spontane opmerkingen maken wordt er al gauw gelachen. Onze dominé vroeg een keer dat nooit meer te doen. Neem kinderen volkomen serieus, hoe ze de dingen ook formuleren. Hun geloof  en de manier waarop ze zich uitspreken is in de ogen van de grote Kindervriend  net zo kostbaar als  dat van de groten. 

Behandel kinderen als volwaardige gelovigen. Hun geloof kan echt zijn, hun schuldbesef ook en hun verlangen naar het volmaakte Koninkrijk van God ook. 

We moeten gewoon doen wat we kunnen om kinderen de enige, goede weg te wijzen. Behoedzaam en voorzichtig. Want kinderen zijn zo kwetsbaar. Laten we nooit tussen hen en het Koninkrijk  in gaan staan.

Ik heb jaren gewerkt als godsdienstleraar. Mijn voornaamste angst was dat ik kinderen in de weg zou staan in de groei van hun geloof.  Dat ik barriéries zou opwerpen. Ik bad steeds om daarvoor bewaard te blijven. Weet u  wie geweldig veel oog had voor kinderen en hen rechtstreeks wist te bereiken. Dat was Spurgeon. De prins der predikers in Londen in de 19e eeuw.  Van hem een paar uitspraken uit het boekje ,,Kinderen bij Jezus”.

,,Laten we oppassen dat we een jong en kinderlijk geloof niet onderschatten. Waarom zouden ouderen die tot bekering komen een oprechter geloof hebben dan kinderen?”. (5)

,,Laten we ook niet denken dat kinderen de grote waarheden van het Evangelie niet begrijpen”. (2)

,,Nee, we moeten zorgen dat de kinderen vroeg de Naam van Jezus kennen en weten dat God goed is”. (7)

,,…Hoe eenvoudiger we zijn, hoe ontvankelijker we zijn voor de genade van God”. (8)

,,Ook de kinderen moeten weten dat de zonde hun leven vernielt, tenzij de Here Jezus hen vergeeft”. (9)

,,Ik kan u verzekeren  dat kinderen een diep gevoel  van schuld tegenover God kunnen hebben, maar ook dat ze een diepe dankbaarheid kunnen hebben tegenover God als ze Zijn weg van verlossing kennen”. (10) 

,,Jezus zegt tot zijn discipelen dat het evangelie een koninkrijk sticht. En hebt u wel eens gehoord van een rijk zonder kinderen?”. (11)

,,Als u de kinderen op eenvoudige wijze de leer van de verzoening leert, zult u er zelf door gesterkt worden”. (18)

,,Als ze (de kinderen) de liefde VAN  Christus kennen, zullen ze de liefde VOOR Christus leren .Als we niet alles van de hemel verwachten en daarom vragen, heeft ons werk geen zin”.(22).

Uit: Kees van Baardewijk, Neem kindergeloof serieus, artikel uit 2010[4].


I Know That My Redeemer Lives - 7-Year-Old Claire Crosby. Youtube.com: The Crosbys, 27 maart 2020. Duur: 4 min. 3 sec. De 7-jarige Claire Crosby zingt over haar Verlosser: 'Ik weet dat Mijn Verlosser leeft'.

Lust tot spelen

Kinderen hebben, meer dan volwassenen, lust tot spelen. De volgende korte filmopname toont knikkerende kinderen in Lyon, Frankrijk, in het jaar 1896/97.


1897 Old Video In Color DAIN App frame Interpolation Topaz Gigapixel. Youtube.com: Film Rescue. Duur 47 sec.

'Kinderen', 'kindertjes'

De Heer Jezus heeft zijn leerlingen aangesproken met 'kinderen' (in het Grieks van het Nieuwe Testament een meervoud van 'teknon') en 'kindertjes'[5] (in het Grieks een meervoud van 'teknion', een verkleinwoord van 'teknon'). Vergelijk in het Duits: Kinder en Kindlein

De eerste keer dat de Heer zijn discipelen met 'kinderen' aanspreekt, vinden wij in Marcus 10:24:

Mr 10:24 De discipelen nu stonden verbaasd over zijn woorden. Jezus echter antwoordde opnieuw en zei tot hen: Kinderen, hoe moeilijk is het voor hen die op vermogen vertrouwen, het koninkrijk van God binnen te gaan. (TELOS)

In dit vers komt het meervoud van het Griekse woord 'teknon' voor.  In zijn laatste nacht op aarde spreekt Hij zijn leerlingen aan met 'kindertjes', 'kinderkens'; 

Joh 13:33 Kinderkens, nog een korte tijd ben Ik bij u; gij zult Mij zoeken en, gelijk Ik de Joden gezegd heb: Waar Ik heenga, kunt gij niet komen, zo spreek Ik thans ook tot u. (NBG51)

In dit vers komt het meervoud van 'teknion' voor, een verkleinwoord van 'teknon'. De verkleinvorm "kinderkens" is een aanspraak, die - zover ons is meegedeeld in het Nieuwe Testament - uit de mond van Jezus nog niet is gehoord. Het is hier een blijk van tedere, overvloeiende liefde, die Zijn hart nu bij het naderend afscheid beweegt.  Het is Hem gegaan, zoals het een vader of een moeder bij het afscheid gaat, hetzij met het oog op een lang afwezig zijn, hetzij bij het scheiden van deze wereld: het hart opent zich in de innigste liefde, als het scheiden nabij is. Wij zien ook hoe kostbaar Hem deze ogenblikken zijn[4].  Na zijn opstanding uit de doden spreekt de Heer zijn leerlingen aan met 'kinderkens', 'kindertjes'. 

Joh 21:5 Jezus dan zeide tot hen: Kinderkens, hebt gij niet enige toespijs? Zij antwoordden Hem: Neen. (SV)

In dit vers komt het meervoud van het Griekse woord 'paidion' voor, een verkleinwoord van 'pais'. 'Paidion' verwijst uitsluitend naar kleine kinderen.  De apostel Paulus spreekt de Galatische christenen in zijn brief aan met 'kinderkens'. Hij was over hen opnieuw in geestelijke barensbood. 

Ga 4:19 Mijn kinderkens [meervoud van 'teknion'], die ik wederom arbeide te baren, totdat Christus een gestalte in u krijge. (SV)

Johannes gebruikt 'kinderkens' veel in zijn eerste brief. 

1Jo 2:1 Mijn kinderkens [meervoud van 'teknion'],  ik schrijf u deze dingen, opdat gij niet zondigt. En indien iemand gezondigd heeft, wij hebben een Voorspraak bij den Vader, Jezus Christus, den Rechtvaardige; (SV)

1Jo 2:12 Ik schrijf u, kinderkens [meervoud van 'teknion'], want de zonden zijn u vergeven om Zijns Naams wil. (SV)

1Jo 2:18 Kinderkens  [meervoud van 'paidion'], het is de laatste ure; en gelijk gij gehoord hebt, dat de antichrist komt, [zo] zijn ook nu vele antichristen geworden; waaruit wij kennen, dat het de laatste ure is. (SV)

1Jo 3:7 Kinderkens [meervoud van 'teknion'], dat u niemand verleide. Die de rechtvaardigheid doet, die is rechtvaardig, gelijk Hij rechtvaardig is. (SV)

1Jo 3:18 Mijn kinderkens [meervoud van 'teknion'], laat ons niet liefhebben met den woorde, noch met de tong, maar met de daad en waarheid. (SV)

Hun engelen

Kinderen worden gediend door engelen. Het schijnt dat bepaalde engelen de taak hebben om de kinderen te dienen.

Mt 18:10 Let erop dat u niet een van deze kleinen veracht; want Ik zeg u, dat hun engelen in de hemelen altijd het aangezicht zien van mijn Vader die in de hemelen is. (...) Mt 18:14 Zo is het niet de wil bij uw Vader die in de hemelen is, dat een van deze kleinen verloren gaat. (TELOS)

Engelen zijn dienende geesten:

Heb 1:14 Zijn zij niet allen dienende geesten, die tot dienst uitgezonden worden ter wille van hen die de behoudenis zullen beërven? (TELOS)

Zegenbede

De Heer Jezus heeft kinderen gezegend die bij Hem werden gebracht (Matth. 19:13-15; Marc. 10:13-15).

Mt 19:13 Toen werden er kinderen bij Hem gebracht, opdat Hij hun de handen zou opleggen en bidden; de discipelen echter bestraften hen. Mt 19:14 Jezus echter zei: Laat de kinderen begaan en verhindert ze niet bij Mij te komen; want van de zodanigen is het koninkrijk der hemelen. Mt 19:15 En Hij legde hun de handen op en ging vandaar weg. (TELOS)

Muziekvideo: 'Zegen de kindren'

Lied 'Zegen de kind'ren'

Zegen de kind’ren, Heer,
neem ze in Uw armen.
Wilt U ze als maar weer,
met Uw liefde warmen.

Zegen de kind’ren, Heer
en bescherm hun leven.
Wilt U ze keer op keer,
Uw genade geven.

Zegen de kind’ren, Heer,
houd ze in U geborgen.
Nu nog zo broos en teer,
maak ze sterk voor morgen.


Zegen de kind'ren, Youtube.com, muziekvideo gepubliceerd door Nederland Zingt op 26 sept. 2017

Betrekking tot de ouders

Vaders zijn het sieraad van hun kinderen.

Spr 17:6 Kleinkinderen zijn de kroon van de ouderen, en het sieraad van kinderen zijn hun vaders. (HSV)

Vrezen van de ouders

Le 19:2  Spreek tot de ganse vergadering der kinderen Israëls, en zeg tot hen: Gij zult heilig zijn, want Ik, de HEERE, uw God, ben heilig!  Le 19:3  Want ieder zal zijn moeder en zijn vader vrezen, en Mijn sabbatten houden; Ik ben de HEERE, uw God! (SV)

De Herziene Statenvertaling heeft "ontzag hebben" in plaats van vrezen.

Heb 12:9  Bovendien, wij hadden de vaders van ons vlees om ons te tuchtigen en wij hadden ontzag voor hen; zullen wij dan niet veel meer aan de Vader van de geesten onderworpen zijn en leven? (Telos)

Onderdanigheid jegens de ouders

Jezus was zijn ouders onderdanig.

Lu 2:51  En Hij daalde met hen af en kwam in Nazareth en Hij was hun onderdanig. En zijn moeder bewaarde al deze dingen in haar hart. (Telos)

Eren van de ouders

Kinderen hebben hun ouders te eren. Dat heeft God geboden. Het is een van de 'tien woorden'.

Ex 20:12 Eert uw vader en uw moeder, opdat uw dagen verlengd worden in het land, dat u de HEERE uw God geeft. (SV)

Farizeeën en Schriftgeleerden maakten dat gebod om de ouders te eren krachteloos door hun overlevering. De Heer Jezus zei dan ook:

Mt 15:3 ... Waarom overtreedt ook u het gebod van God ter wille van uw overlevering? Mt 15:4 Want God heeft gezegd: ‘Eer uw vader en moeder’ en: ‘Wie vader of moeder vloekt, moet de dood sterven’. Mt 15:5 Maar u zegt: ‘Wie tot zijn vader of moeder zegt: Het is een gave, wat u ook van mij ten nutte zou kunnen komen’, -die zal zijn vader of zijn moeder geenszins eren. Mt 15:6 En u hebt zo het woord van God krachteloos gemaakt ter wille van uw overlevering. (TELOS)

Efe 6:1  Kinderen, weest jullie ouders gehoorzaam in de Heer, want dat is terecht. Efe 6:2  ‘Eer uw vader en uw moeder’, -dit is het eerste gebod met een belofte: Efe 6:3  ‘opdat het u goed gaat en u lang leeft op de aarde’. (Telos)

Mal 1:6  Een zoon zal den vader eren, en een knecht zijn heer; ben Ik dan een Vader, waar is Mijn eer? En ben Ik een Heere, waar is Mijn vreze? zegt de HEERE der heirscharen tot u, o priesters, verachters Mijns Naams! Maar gij zegt: Waarmede verachten wij Uw Naam? (SV)

Het tegendeel van achten, eren, is verachten (vgl. 1 Cor. 4:10 "u geëerd, maar wij veracht").

De 27:16  Vervloekt zij, die zijn vader of zijn moeder veracht! En al het volk zal zeggen: Amen. (SV)

Eze 22:7  Vader en moeder hebben zij in u licht geacht; met den vreemdeling hebben zij in het midden van u door verdrukking gehandeld; zij hebben in u den wees en de weduwe verdrukt. (SV)

Horen van de ouders

Een kind doet er goed aan te horen naar het onderwijs van de ouders, dat op levenservaring en opgedane kennis berust.

Spr 1:8  Mijn zoon! hoor de tucht uws vaders, en verlaat de leer uwer moeder niet; (SV)

Spr 6:20 Mijn zoon, bewaar het gebod uws vaders, en verlaat de wet uwer moeder niet.  Spr 6:21  Bind ze steeds aan uw hart, hecht ze aan uw hals. Spr 6:22  Als gij wandelt, zal dat u geleiden; als gij nederligt, zal het over u de wacht houden; als gij wakker wordt, zal hetzelve [met] u spreken. (SV)

Spr 23:22  Hoor naar uw vader, die u gewonnen heeft; en veracht uw moeder niet, als zij oud geworden is. (SV)

Gehoorzamen aan de ouders

Zowel Jakob als Ezau gehoorzaamden hun vader Izak, die wilde dat zij niet met een Kanaänitische vrouw zouden trouwen.

Ge 28:6  Als nu Ezau zag, dat Izak Jakob gezegend, en hem naar Paddan-aram weggezonden had om zich van daar een vrouw te nemen; [en] als hij hem zegende, dat hij hem geboden had, zeggende: Neem geen vrouw van de dochteren van Kanaän;  Ge 28:7  En dat Jakob zijn vader en zijn moeder gehoorzaam geweest was, en naar Paddan-aram getrokken was;  Ge 28:9  Zo ging Ezau tot Ismaël, en nam zich tot een vrouw boven zijn vrouwen, Mahalath, de dochter van Ismaël, den zoon van Abraham, de zuster van Nebajoth. (SV)

Jozef gehoorzaamde zijn vader Jakob, die hem de opdracht gaf naar zijn broeders in Sichem te gaan:

Ge 37:13  Zo zeide Israël tot Jozef: Weiden uw broeders niet bij Sichem? Kom, dat ik u tot hen zende. En hij zeide tot hem: Zie, [hier] ben ik! (SV)

De gehoorzaamheid van sommigen aan hun vader worden zelfs tot voorbeeld vermeld.

Jer 35:14  De woorden van Jonadab, den zoon van Rechab, die hij zijn kinderen geboden heeft, dat zij geen wijn zouden drinken, zijn bevestigd; want zij hebben geen gedronken tot op dezen dag, maar het gebod huns vaders gehoord; en Ik heb tot ulieden gesproken, vroeg op zijnde en sprekende, maar gij hebt naar Mij niet gehoord. (SV)

Efe 6:1  Kinderen, weest jullie ouders gehoorzaam in de Heer, want dat is terecht. (Telos)

Col 3:20  Kinderen, weest jullie ouders in alles gehoorzaam, want dit is welbehaaglijk in de Heer. (Telos)

Onder de wet van Mozes stond de doodstraf op ongehoorzaamheid bij een weerspannige ontspoorde zoon.

De 21:18  Wanneer iemand een moedwilligen en wederspannigen zoon heeft, die de stem zijns vaders en de stem zijner moeder niet gehoorzaam is; en zij hem gekastijd zullen hebben, en hij naar hen niet horen zal, De 21:19  Zo zullen zijn vader en zijn moeder hem grijpen, en zij zullen hem uitbrengen tot de oudsten zijner stad, en tot de poorte zijner plaats. De 21:20  En zij zullen zeggen tot de oudsten zijner stad: Deze onze zoon is afwijkende en wederspannig, hij is onze stem niet gehoorzaam; hij is een brasser en zuiper. De 21:21  Dan zullen alle lieden zijner stad hem met stenen overwerpen, dat hij sterve; en gij zult het boze uit het midden van u wegdoen; dat het gans Israël hore, en vreze. (SV)

Vergelden

1Ti 5:4  maar als een weduwe kinderen of kleinkinderen heeft, laten dezen eerst leren aan hun eigen huis godsvrucht te tonen en hun voorouders vergelding te doen, want dit is aangenaam tegenover God. (Telos)

Misdragingen jegens ouders

Op het vloeken van zijn ouders stond in de Wet de doodstraf. Over mishandeling spreekt Spr. 19:26.

Spr 19:26 Wie zijn vader mishandelt, zijn moeder wegjaagt, is een zoon die beschaamd maakt en schandelijk handelt. (HSV)

Spr 30:11  Daar is een geslacht, dat zijn vader vervloekt, en zijn moeder niet zegent; (SV)

Spr 30:17  Het oog, [dat] den vader bespot, of de gehoorzaamheid der moeder veracht, dat zullen de raven der beek uitpikken, en des arends jongen zullen het eten. (SV)

Ex 21:15  Zo wie zijn vader of zijn moeder slaat, die zal zekerlijk gedood worden. (...)  Ex 21:17  Wie ook zijn vader of zijn moeder vloekt, die zal zekerlijk gedood worden. (SV)

Overlijden

Het schijnt dat een kind dat nog niet kan onderscheiden tussen goed en kwaad, na zijn overlijden in de hemel komt. Koning David zei van het pasgeboren zoontje van Bathseba dat overleden was:

2Sa 12:23  Maar nu is het dood. Waarom zou ik dan vasten? Kan ik het nog doen terugkeren? Ik zal wel tot hem gaan, maar hij keert tot mij niet terug. (NBG51)

Kleinkind

Spr 17:6 Kleinkinderen zijn de kroon van de ouderen, en het sieraad van kinderen zijn hun vaders. (HSV)

Kind van God

Er zijn aardse vaders, omdat er een hemelse Vader is, die ons heeft geschapen en in die zin heeft voortgebracht.

Efe 3:14 ... de Vader van onze Heer Jezus Christus, Efe 3:15 naar Wie elke familie in hemelen en op aarde wordt genoemd, (TELOS)

Er zijn aardse kinderen, omdat er hemelse kinderen zijn, de engelen zijn kinderen/zonen van God (zie Engelen).

Recht op kindschap Gods. Mensen, zondaars, hebben door het geloof in de Heer Jezus het recht kinderen van God te worden.

Joh 1:12 Maar allen die Hem hebben aangenomen, hun gaf Hij het recht kinderen van God te worden, hun die in zijn naam geloven; Joh 1:13 die niet uit bloed, niet uit de wil van het vlees, niet uit de wil van een man, maar uit God geboren zijn. (TELOS)

Uit Hem geboren. Een waar kind van God is door de werking van Zijn woord en Geest uit Hem geboren (Joh. 1:13).

Ro 9:8 dat is: niet de kinderen van het vlees zijn kinderen van God, maar de kinderen van de belofte worden als nageslacht gerekend. (TELOS)

Bevestiging. De Geest Zelf getuigt, met de geest van de gelovige, dat hij of zij, die in Jezus gelooft, een kind van God is.

Ro 8:16 De Geest Zelf getuigt met onze geest, dat wij kinderen van God zijn. (TELOS)

Geliefd kind. Uit liefde heeft God ons tot zijn kinderen gemaakt. Hij houdt van zijn kinderen.

1Jo 3:1 Ziet welk een liefde de Vader ons gegeven heeft, dat wij kinderen van God genoemd zouden worden, en wij zijn het ook. Daarom kent de wereld ons niet, omdat zij Hem niet heeft gekend. (Telos)

Efe 4:32  Maar weest jegens elkaar goedertieren, welgezind, elkaar vergevend, zoals ook God in Christus u vergeven heeft.  Efe 5:1 Weest dan navolgers van God, als geliefde kinderen,  Efe 5:2  en wandelt in liefde, zoals ook Christus ons heeft liefgehad en Zichzelf voor ons heeft overgegeven als een offerande en een slachtoffer voor God tot een welriekende reuk. (Telos)

Navolgers van God. Kinderen van God zijn geroepen hun Vader na te volgen.

Efe 4:32  Maar weest jegens elkaar goedertieren, welgezind, elkaar vergevend, zoals ook God in Christus u vergeven heeft. Efe 5:1 Weest dan navolgers van God, als geliefde kinderen,  Efe 5:2  en wandelt in liefde, zoals ook Christus ons heeft liefgehad en Zichzelf voor ons heeft overgegeven ... (Telos)

Col 3:12 Doet dan aan als uitverkorenen van God, heiligen en geliefden: innige ontferming, goedertierenheid, nederigheid, zachtmoedigheid, lankmoedigheid, (Telos)

Flp 2:15 opdat u onberispelijk en rein bent, onbesproken kinderen van God temidden van een krom en verdraaid geslacht, waaronder u schijnt als lichten in de wereld, (TELOS)

1Jo 3:10 Hierin zijn de kinderen van God en de kinderen van de duivel openbaar: ieder die de gerechtigheid niet doet, is niet uit God, en wie zijn broeder niet liefheeft. (TELOS)

1Jo 5:2 Hieraan weten wij dat wij de kinderen van God liefhebben, wanneer wij God liefhebben en zijn geboden doen. (TELOS)

Miskend door de wereld. Wij worden door de wereld miskend.

1Jo 3:1 Ziet welk een liefde de Vader ons gegeven heeft, dat wij kinderen van God genoemd zouden worden, en wij zijn het ook. Daarom kent de wereld ons niet, omdat zij Hem niet heeft gekend. (TELOS)

Zalige toekomst. De toekomst van de kinderen God is heerlijk, zalig.

1Jo 3:2 Geliefden, nu zijn wij kinderen van God, en het is nog niet geopenbaard wat wij zullen zijn. Wij weten dat als Hij geopenbaard zal zijn, wij Hem gelijk zullen zijn; want wij zullen Hem zien zoals Hij is. (TELOS)

Wij zullen onvergankelijkheid aandoen en met heerlijkheid worden bekleed.

Ro 8:21 in de hoop dat ook de schepping zelf zal worden vrijgemaakt van de slavernij van de vergankelijkheid tot de vrijheid van de heerlijkheid van de kinderen van God. (TELOS)

Muziekvideo 'Een koninklijk kind'


Een koninklijk kind. Gepubliceerd op Youtube.com door NederlandZingt op 19 sept. 2017. Een gelovige is een koninklijk kind, omdat zijn Vader in de hemel de hoogste Koning is.

Jezus en kinderen

Zijn kinderen.

Jes 53:10  Doch het behaagde den HEERE Hem te verbrijzelen; Hij heeft Hem krank gemaakt; als Zijn ziel Zich tot een schuldoffer gesteld zal hebben, zo zal Hij zaad zien, Hij zal de dagen verlengen; en het welbehagen des HEEREN zal door Zijn hand gelukkiglijk voortgaan. (SV)

Na zijn dood zou Hij, de knecht van God, de Messias, zaad, d.i. nageslacht, zien. Vergelijk de Herziene Statenvertaling:

Jes 53:10  Maar het behaagde de HEERE Hem te verbrijzelen, Hij heeft Hem ziek gemaakt. Als Zijn ziel Zich tot een schuldoffer gesteld zal hebben, zal Hij nageslacht zien, Hij zal de dagen verlengen; het welbehagen van de HEERE zal door Zijn hand voorspoedig zijn. (HSV)

Dit vers spreekt dus van Zijn offerdood, herleving (opstanding) en nageslacht.

God de Vader heeft aan de Heer Jezus kinderen gegeven:

Heb 2:11  Want en Hij die heiligt en zij die geheiligd worden, zijn allen uit een; daarom schaamt Hij Zich niet hen broeders te noemen en zegt:  Heb 2:12  ‘Ik zal uw naam aan mijn broeders verkondigen, in het midden van de gemeente zal Ik U lofzingen’.  Heb 2:13  En opnieuw: ‘Zie, Ik en de kinderen die God Mij gegeven heeft’. (Telos)

De laatste aanhaling komt uit Jes. 8:18, waar de profeet Jesaja zegt:

Jes 8:18  Ziet, ik en de kinderen, die mij de HEERE gegeven heeft, zijn tot tekenen en tot wonderen in Israël, van den HEERE der heirscharen, Die op den berg Sion woont. (SV)

De schrijver van de Hebreeënbrief past de woorden van Jesaja op de Christus toe. Jesaja had twee kinderen. Hij en zijn kinderen waren tot tekenen en wonderen in Israël. De beide zoonsnamen vormen als het ware een samenvatting van Jesaja's boodschap: de verovering en verwoesting van Jeruzalem, maar ook de hoop op herstel daarna. Zie Jesaja (profeet) voor een nadere inlichting. Trouwens, ook de Heer sprak van Jeruzalems toekomstige verwoesting en het herstel ('wedergeboorte') van Israël. Jes. 8:18 wordt dus op de Heer Jezus en zijn geestelijk nageslacht, zijn leerlingen, toegepast.

Zijn leerlingen. De Heer Jezus noemde zijn leerlingen 'kinderen':

Mt 11:25  In die tijd antwoordde Jezus en zei: Ik prijs U, Vader, Heer van de hemel en van de aarde, dat U deze dingen voor wijzen en verstandigen hebt verborgen en ze aan kleine kinderen hebt geopenbaard. (Telos)

Mr 10:24  De discipelen nu stonden verbaasd over zijn woorden. Jezus echter antwoordde opnieuw en zei tot hen: Kinderen, hoe moeilijk is het voor hen die op vermogen vertrouwen, het koninkrijk van God binnen te gaan. (Telos)

Joh 13:33  Kinderen, nog een korte tijd ben Ik bij u. U zult Mij zoeken en, zoals Ik de Joden heb gezegd: Waar Ik heenga kunt u niet komen, zeg Ik nu ook u. (Telos)

Joh 21:5  Jezus dan zei tot hen: Kinderen, hebt u soms iets te eten? Zij antwoordden Hem: Nee. (Telos)

Kinderen een voorbeeld. Kinderen stelde hij tot voorbeeld:<

blockquote>Lu 18:15  Zij nu brachten ook de kleine kinderen bij Hem, opdat Hij hen zou aanraken; toen de discipelen dit echter zagen, bestraften zij hen. Lu 18:16  Jezus echter riep hen bij Zich en zei: Laat de kinderen bij Mij komen en verhindert ze niet, want van de zodanigen is het koninkrijk van God. (Telos)

Mt 18:2  En Hij riep een kind bij Zich, plaatste het in hun midden Mt 18:3  en zei: Voorwaar, Ik zeg u: als u niet verandert en wordt als de kinderen, zult u het koninkrijk der hemelen geenszins binnengaan. Mt 18:4  Wie dan zichzelf zal vernederen als dit kind, die is de grootste in het koninkrijk der hemelen; Mt 18:5  en wie een zo’n kind ontvangt in mijn naam, ontvangt Mij. (Telos)

Eén met kinderen. Hij vereenzelvigde Zich er zelfs mee:

Mr 9:36  En Hij nam een kind en plaatste het in hun midden; en Hij nam het in zijn armen en zei tot hen: Mr 9:37  Wie een van zulke kinderen ontvangt in mijn naam, ontvangt Mij; en wie Mij ontvangt, ontvangt niet Mij, maar Hem die Mij heeft gezonden. (Telos)

Israëlieten Zijn kinderen. In antwoord op een heidense vrouw, die hem vroeg haar bezeten dochter te berijden, vergelijk Hij het volk Israël met kinderen:

Mr 7:27  en zij vroeg Hem de demon uit haar dochter uit te drijven. Maar Hij zei tot haar: Laat eerst de kinderen worden verzadigd, want het is niet juist het brood van de kinderen te nemen en het de honden voor te werpen. (Telos)

Hij vergelijk zijn ongelovige volksgenoten met kleine kinderen op de markt:

Mt 11:16  Met wie echter zal Ik dit geslacht vergelijken? Het is gelijk aan kinderen die op de markten zitten en de anderen de woorden toeroepen: (Telos)

Een verlamde die hij zou genezen, sprak hij aan met 'kind':

Mt 9:2  En toen Jezus hun geloof zag, zei Hij tot de verlamde: Heb goede moed, kind, uw zonden worden vergeven. (Telos)

Jeruzalems kinderen wilde hij bijeenverzamelen, zoals een hen haar eigen kuikens (= kinderen). Vergelijk:

Mt 23:37  Jeruzalem, Jeruzalem, dat de profeten doodt en hen stenigt die tot u zijn gezonden, hoe dikwijls heb Ik uw kinderen willen bijeenverzamelen, zoals een hen haar kuikens bijeenverzamelt onder haar vleugels, en u hebt niet gewild. (Telos)

Meer informatie

  • Over het ongeboren kind in de eerste twee maanden na de bevruchting, zie artikel Embryo
  • Over het ongeboren kind in de 3e maand tot aan de geboorte, zie artikel Foetus

Voetnoten

  1. Aangehaald in: Karl August Dächsel; F. P. L. C. van Lingen; H. van Griethuijsen, Antz. et al, Bijbel, of De geheele Heilige Schrift, bevattende al de kanonieke boeken van het Oude en Nieuwe Testament (volgens de Staten-overzetting) : met in den tekst ingelaschte verklaringen en aanmerkingen van de beroemdste godgeleerden uit alle tijden (Kampen: Bos, 1893-1901), commentaar op Jes. 8:17.
  2. Aldus TNO Arbeid in het Trendrapport Arbeid 2002
  3. Aldus een senior onderzoeker van het Centrum voor Anthropologie en Geest (Centre for Anthropology and Mind) van de Universiteit van Oxford stelde in 2008, op grond van onderzoeksresultaten van de afgelopen tien jaren.  http://www.telegraph.co.uk/news/newstopics/religion/3512686/Children-are-born-believers-in-God-academic-claims.html
  4. Door de schrijver toegezonden aan Christipedia in 2010.
  5. Over het verschil tussen kindertjes (of kinderkens) en kindjes, zie https://www.trouw.nl/nieuws/kindjes-zijn-geen-kindertjes~b6896270/