Naïn

Uit Christipedia

Naïn is een stad in Galilea, waar de Heer Jezus de gestorven enige zoon van een weduwe opwekte.

Naam. De naam is Ναιν, Naïn, in de Griekse grondtekst van het Nieuwe Testament. Hij is waarschijnlijk van Hebreeuwse oorsprong, van het woord n'îm = 'aangenaam'[1]. Anderen geven als betekenis op: ‘schoonheid’[2] of ‘de liefelijke, de schone’ of ‘de drift’[3]. De plaatsnaam komt in de Bijbel alleen voor in Luc. 7:11. Het Strongnummer is 3484.

Ligging. Naïn lag in het zuiden van Galilea, in de vlakte van Jizreël, aan de noordelijke voet van de Kleine Hermon, niet ver van Endor; ongeveer 20 km zuidwestelijk van het meer van Galilea en 7 km zuidwestelijk van de berg Tabor.

Kaart: ligging van Naïn in het zuiden van Galilea (rood gearceerd)

Wonder. In deze Galilese stad wekte de Heiland een gestorven jongeling uit de doden op.

Lu 7:11 En het gebeurde vervolgens dat Hij naar een stad ging, Nain geheten, en met Hem gingen vele van zijn discipelen en een grote menigte. Lu 7:12 Toen Hij nu de stadspoort naderde, zie, een gestorvene werd uitgedragen, een eniggeboren zoon van zijn moeder, en zij was weduwe, en een aanzienlijke menigte uit de stad was bij haar. Lu 7:13 En toen de Heer haar zag, werd Hij met ontferming over haar bewogen en zei tot haar: Ween niet. Lu 7:14 En Hij kwam naderbij, raakte de baar aan en de dragers stonden stil; en Hij zei: Jongeman, Ik zeg je, sta op. Lu 7:15 En de dode ging overeind zitten en begon te spreken. En Hij gaf hem aan zijn moeder. Lu 7:16 En vrees beving allen en zij verheerlijkten God en zeiden: Een groot profeet is onder ons verwekt, en: God heeft zijn volk bezocht. Lu 7:17 En dit woord over Hem ging uit in heel Judea en in de hele omtrek. (TELOS)

Dat de stad blijkens deze geschiedenis ommuurd was, werd in 1982 door onderzoek bevestigd [1].  

Later. Een bijbels woordenboek uit 1872 omschrijft Naïn “thans een kleine plaatsje, door Joden, Christenen en Mohammedanen bewoond, met overblijfselen van oude gebouwen”[4]. In het jaar 1880 bouwden Franciscanen hier een kapel ter herinnering aan het wonder van de Heiland, de Kapel van de opwekking van de jongeling van Naïn.

Foto van Naïn genomen in de periode 1898-1914[5]. Op de achtergrond is de Kapel van de opwekking. In de verte de ronde berg Tabor.

 

Ander Naïn. Een ander Naïn, dat echter in de Bijbel niet voorkomt en slechts door de Joodse geschiedschrijver Flavius Josephus wordt genoemd[6], lag in het oostelijk Jordaanland.

Bronnen

H. Zeller, Bijbelsch Woordenboek voor het Christelijke volk. Tweede deel K - Z. ('s Gravenhage: M.J. Visser, 1872) s.v. Naïn. Hieruit is op 7 okt. 2015 tekst genomen en verwerkt.

J.J. Bimson, Encyclopedie van bijbelse plaatsen (Kok Ten Have, 2008), s.v. Naïn.

Naïn, artikel op Wikipedia.nl. Enige tekst hiervan is verwerkt op 7 okt. 2015.

Voetnoten

  1. 1,0 1,1 J.J. Bimson, Encyclopedie van bijbelse plaatsen (Kok Ten Have, 2008), s.v. Naïn
  2. Grieks-Nederlands Lexicon, onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia.
  3. H. Zeller, Bijbelsch Woordenboek voor het Christelijke volk. Tweede deel K - Z. ('s Gravenhage: M.J. Visser, 1872) s.v. Naïn, vermeldt deze betekenissen als zijnde door anderen genoemd.
  4. H. Zeller, Bijbelsch Woordenboek voor het Christelijke volk. Tweede deel K - Z. ('s Gravenhage: M.J. Visser, 1872)
  5. Auteur: American Colony, ca. 1898-1914. Bron: Library of Congress. Bronpagina.
  6. Bellum Judacairum 4.511